"Un cappuchiiiiiiiiino!" schalt een mannenstem op het terras. Als ik mijn ogen dicht had gehad, zat ik nu op een piazza in Florence waar een oud heertje in rokkostuum een koffie met het meest romige melkschuim op tafel zet. Maar ik heb mijn ogen niet dicht. Ik zie een slungelige Hollandse jongen die iedere cappuccino ongevraagd voorziet van een beetje Italiaanse flair. En dan bedoel ik echt iedere bestelde cappuccino.
De stad is officieel ontwaakt uit haar winterslaap. Of beter gezegd herfstslaap. De geluiden die voor lange tijd waren verborgen komen door de open deuren en ramen naar buiten: malende koffiemolens, au claire de la lune’s op piano’s en rommelende laatjes van mannen die driftig op zoek zijn naar hun zonnebril. Het enige waar mensen zich nu nog druk om maken, is of ze met zonder jas naar buiten kunnen.