Ik verwonder me iedere keer als de treindeur opengaat over hoe verschillend wij mensen zijn. Alsof je een zak Engelse drop opentrekt en je naarmate de zak verder scheurt telkens een nieuw soort dropje tegenkomt. Ook hier is de ene lekkerder dan de andere, maar ja de vieze moeten er toch een keer uit. Het zal hen zelf een worst wezen, als ze er allemaal maar als allereerste uit mogen.
Je hebt twee soorten mensen. Mail-mensen en bel-mensen. Zoals het doet vermoeden doet de ene helft alles het liefste via de telefoon en propt de ander zijn gedachten in een digitaal envelopje. Prima verdeling lijkt het, totdat mail-mensen je gaan bellen en bel-mensen je gaan mailen. Resultaat: verbale kortsluiting. Waar is de fax als je hem nodig hebt?