Veel schrijvers beginnen hun dag met schrijven. Over het eerste dat in ze opkomt. Het eerste wat bij mij opkomt is slaap. Ik wil terug naar bed. Ik werd vannacht om vier uur wakker en sindsdien heb ik het hele huis opnieuw ingericht, vijf bedrijven opgericht en diep gefilosofeerd over de zin van ons bestaan. Toch jammer dat ik ben vergeten om iets op te schrijven.
Hardop zuchtend komt ze binnen. Ze gaat naast mij op de bank zitten, maar staat meteen weer op om haar natte regenjas aan de kapstok te hangen. “Nou, nou, wat een weer hè”, zegt ze tegen me. Ik knik en bereid me voor op zo’n ouderwetse klaagzang over het weer. “Lekker weer een keer een hele dag regen”, zegt ze tot mijn verbazing. “Die verdomde klotepollen ook.”