Toen ik vanochtend het gordijn open deed keek ik tegen een paars met groene bouwkraan aan. Zo eentje van Fisher Price, maar dan in het echie. Een oranje container, tot de nok toe gevuld, werd vanaf de straat zo over het dak van een huis getild. Alsof het inderdaad speelgoed was. Het is maar goed dat ik niet de machinist ben, want ik liet als kind toch het liefste alles vallen.
Hij zit mokkend op een stoel met zijn armen over elkaar. Het is eigenlijk meer een klein krukje, zo’n rond huishoudtrapje dat toevallig tussen alle kledingrekken staat. Hij draagt een blauw geruit colbertje met in zijn nek een prikkend prijskaartje. Zijn pruillip doet een op uitbarsting staande vulkaan verbleken. Dat wordt een ijsje met heel veel bolletjes en spikkels.