Het is half één: schafttijd. Zes bouwvakkers met het gruis nog achter hun oren lopen sloffend door de Schoutenstraat, langs de broodjeszaak van Bigoli. “He, dit ziet er wel goed uit. Italiaans zo te zien. Biologisch ook. Hé Gerrit, wil je biologisch lunchen?”, vraagt de man achterop. Zonder zich ook maar om te draaien roept de voorman: “Nee, dank je, ben net ziek geweest.”
Men neme een kerk, een marktplein en een kroeg. Gooi er een paar eeuwen later nog een ijssalon bij en je hebt gegarandeerd volk. En kinderen die om spikkels zeuren. Soms valt het alleen een beetje stil op straat in de zomer. Daar hebben ze in Venray wat op gevonden: zet twee terrassen recht tegenover elkaar en doe een wedstrijdje wie het langst de ander kan aanstaren.