Het is half één: schafttijd. Zes bouwvakkers met het gruis nog achter hun oren lopen sloffend door de Schoutenstraat, langs de broodjeszaak van Bigoli. “He, dit ziet er wel goed uit. Italiaans zo te zien. Biologisch ook. Hé Gerrit, wil je biologisch lunchen?”, vraagt de man achterop. Zonder zich ook maar om te draaien roept de voorman: “Nee, dank je, ben net ziek geweest.”
De afgelopen twee dagen was ik alleen thuis. Normaal woon ik samen, maar nu dus even niet. Gelukkig komt ze morgen weer terug. Het zet me alleen wel voor een dilemma. Als ik het huis helemaal spik en span opruim, denkt ze misschien wel dat ik iets te verbergen heb. Maar als ik alles gewoon laat staan, denkt ze straks dat ik een viespeuk ben. Weet je wat, volgende keer ga ík weg. Hoef ik ook die afwas niet te doen.