Het is half één: schafttijd. Zes bouwvakkers met het gruis nog achter hun oren lopen sloffend door de Schoutenstraat, langs de broodjeszaak van Bigoli. “He, dit ziet er wel goed uit. Italiaans zo te zien. Biologisch ook. Hé Gerrit, wil je biologisch lunchen?”, vraagt de man achterop. Zonder zich ook maar om te draaien roept de voorman: “Nee, dank je, ben net ziek geweest.”
Er gaat niets boven een zondags ontbijt met een warm croissantje, een pruttelende percolator en op je sokken in de verse kattenstront stappen, omdat je domweg de deur hebt dichtgedaan waardoor je kleine harige huisbewoner daarom maar gewoon midden in de woonkamer op de houten vloer zijn gang is gegaan. Geef hem eens ongelijk. Goedemorgen Daantje.