Toen ik vanochtend wakker werd, dacht ik aan mijn pianostemmer van vroeger. Eens in de zoveel tijd stond hij plots op de stoep, alsof hij wekenlang in de heg bij de voordeur had gezeten. Met de precisie van een chirurg opende hij de piano en tikte hij op iedere klankhamer om de juiste toon te bereiken. Als hij daarna begon te spelen, klonk alles dat wrang was weer in evenwicht.
Ik ben een mensenmens. Ik kijk graag naar ze. In de kroeg, op het terras of gewoon op straat. Zoals naar die jongen met die grote blonde kuif. Naast hem zit een meisje met een dikke zwarte bril, een bloemetjesjurk en een witte poedel. Raar stel eigenlijk. Zouden ze lovers zijn? Of misschien broer en zus? Shit, ze kijken terug.