“Is deze ook van u?”, vraagt de cassière terwijl ze in haar rechterhand een sperzieboon vasthoudt. Het lullige groene slurfje bungelt tussen haar vingers zoals een slap Frans frietje dat in de buurt van de route de soleil op een warmhoudplaatje ligt te wachten op een of andere vrachtwagen- chauffeur die Günter heet. Ik wijs stiekem naar de vrouw achter me. “Nee, misschien van haar”.
Een oudere vrouw kijkt vredig uit het raam terwijl de straten voorbij flitsen. Plotseling begint ze zenuwachtig te bewegen. Met nog drie bushaltes te gaan snoert ze haar handtas om haar arm. Nog twee; ze drukt haar ov-chipkaart klemvast in haar hand. Nog één, ze zet haar muts op. Als de bus stopt, stapt ze vastberaden uit. Lekker overzichtelijk, dat ouder worden.