“Is deze ook van u?”, vraagt de cassière terwijl ze in haar rechterhand een sperzieboon vasthoudt. Het lullige groene slurfje bungelt tussen haar vingers zoals een slap Frans frietje dat in de buurt van de route de soleil op een warmhoudplaatje ligt te wachten op een of andere vrachtwagen- chauffeur die Günter heet. Ik wijs stiekem naar de vrouw achter me. “Nee, misschien van haar”.
Dit is echt zo’n dag dat ik binnenblijf, een flesje wijn opentrek en met een stokbroodje brie uit het raam kijk. Je hoeft echt niets te missen van al die festivals, als je maar goed oplet. Natte kartonnetjes met bekers bier, kluisjes, tentpalen, Heras hekwerken, foodtrucks. Het is gewoon wachten op het volgende windvlaagje, dan komt het festival vanzelf naar je toe deze zomer.