“Is deze ook van u?”, vraagt de cassière terwijl ze in haar rechterhand een sperzieboon vasthoudt. Het lullige groene slurfje bungelt tussen haar vingers zoals een slap Frans frietje dat in de buurt van de route de soleil op een warmhoudplaatje ligt te wachten op een of andere vrachtwagen- chauffeur die Günter heet. Ik wijs stiekem naar de vrouw achter me. “Nee, misschien van haar”.
'Als ik wist dat het de laatste keer was, dan zou ik het eeuwig laten duren.' Ik weet niet meer waar en wanneer ik deze zin heb gehoord, maar ik moet er nu ineens aan denken. De laatste keer seks, pizza, Terschelling, afzonderlijk of alledrie tegelijk, het klinkt als een droom vol verlangen die inderdaad eeuwig mag duren. Jammer, dat het niet ook andersom werkt. Met het schoonmaken van dit doucheputje bijvoorbeeld.