“Is deze ook van u?”, vraagt de cassière terwijl ze in haar rechterhand een sperzieboon vasthoudt. Het lullige groene slurfje bungelt tussen haar vingers zoals een slap Frans frietje dat in de buurt van de route de soleil op een warmhoudplaatje ligt te wachten op een of andere vrachtwagen- chauffeur die Günter heet. Ik wijs stiekem naar de vrouw achter me. “Nee, misschien van haar”.
Vergeet Zuid-Amerika, de Galapagos of Madagascar. Je hoeft helemaal niet naar de andere kant van de wereld om even offline te zijn. Na 4,5 uur in drie verschillende treinen en twee bussen kom je op een plek waar je altijd uitzicht hebt op zee, de koffie maar tachtig cent is, en de buschauffeur je voor de deur afzet. Althans, dat is wat de Lonely Planet zegt. Nu maar hopen dat het klopt.