De afgelopen twee dagen was ik alleen thuis. Normaal woon ik samen, maar nu dus even niet. Gelukkig komt ze morgen weer terug. Het zet me alleen wel voor een dilemma. Als ik het huis helemaal spik en span opruim, denkt ze misschien wel dat ik iets te verbergen heb. Maar als ik alles gewoon laat staan, denkt ze straks dat ik een viespeuk ben. Weet je wat, volgende keer ga ík weg. Hoef ik ook die afwas niet te doen.
Ik sta op straat te praten wanneer een kleine Indonesische vrouw het kinderdagverblijf naast ons huis uitloopt met een buik die bijna net zo groot is als dat ze zelf lang is. “Gefeliciteerd mevrouw”, zegt mijn gesprekspartner wijzend naar de buik. Met veel pijn en moeite perst ze een glimlach over haar lippen. Wanneer ze de straat oversteekt hoor ik haar hardop mopperen. Vast niet gepland.