Vakantie in een vreemd huis, het voelt toch als een soort ontdekkingsreis. Mijn tocht begint in de schuur. De hamers hangen bij de hamers, de Engelse sleutels zijn genummerd van klein naar groot en zelfs het zakmes heeft een eigen vakje. Elk stuk past precies in het silhouet dat met een viltstift op de plank is aangebracht. Eén ding is zeker: ik ben in een grote-mensen-huis.
Tegenover me in de trein zitten twee pubers. “Met tequila gaat het altijd mis, er is geen verhaal met tequila ooit goed geëindigd.” Ik hoor mezelf bevestigend grinniken. Naast me zit een oude man te lezen. Hij draagt een donkerblauw linnen pak en op zijn schoot ligt een bruine leren aktetas. Hoeveel slechte tequilaverhalen zou hij kunnen vertellen?