Vakantie in een vreemd huis, het voelt toch als een soort ontdekkingsreis. Mijn tocht begint in de schuur. De hamers hangen bij de hamers, de Engelse sleutels zijn genummerd van klein naar groot en zelfs het zakmes heeft een eigen vakje. Elk stuk past precies in het silhouet dat met een viltstift op de plank is aangebracht. Eén ding is zeker: ik ben in een grote-mensen-huis.
Terwijl krakende hijskranen in het westen balletpasjes in de lucht uitvoeren, toeteren er auto’s en vrachtwagens in het oostelijk deel van de stad. Vanuit het noorden hoor ik fietsen met brullende kinderzitjes, althans de kinderen op de zitjes brullen en in het zuiden, in het zuiden klinkt de Dom. Maar hier midden op het dak, hier lijkt het stil. Zoals een stiltecoupé, niet roken, 2e klas.