Ik loop rustig door een smal steegje als er plots een snoeiharde boer klinkt. Zo eentje die je uit je tenen haalt na het opdrinken van drie blikjes goedkope Euroshopper cola. Achter een auto komt de dader tevoorschijn: een man met een tuinbroek en een blik bier in zijn handen. “Sorry, sorry, sorry. Als ik had geweten dat er iemand liep, dan had ik wel even gewacht.”
Op zolder klinkt de hele ochtend al gestommel. Vuilniszakken knisperen bij het vullen, en dozen worden van de trap gegooid. Ik hoor kreten van geluk bij een nieuwe vondst. Prinses Bea of Koning Pils, het zal mijn huisgenoot een rotzorg zijn wie er jarig is. Hij heeft eindelijk een reden om een winkel met kapotte spiegels, lelijke schemerlampen en gourmetstellen zonder doos te beginnen.