Van een smeuge chocoladesoufflé met zachte warme vulling, een zomerse sappige aardbei die net geplukt is of de eerste hap van een stukje gefrituurde vis in een plastic bakje. Het eerste hapje is heilig. Dat hou je gewoon voor jezelf. Niet omdat je het een ander niet gunt, maar ja, dan had hij het zelf maar moeten bestellen. Klotemeeuw.
Hij zit mokkend op een stoel met zijn armen over elkaar. Het is eigenlijk meer een klein krukje, zo’n rond huishoudtrapje dat toevallig tussen alle kledingrekken staat. Hij draagt een blauw geruit colbertje met in zijn nek een prikkend prijskaartje. Zijn pruillip doet een op uitbarsting staande vulkaan verbleken. Dat wordt een ijsje met heel veel bolletjes en spikkels.