“Nee, dan moeten we Joost en Anna uitnodigen voor een conference call.” Met zijn telefoon nog aan zijn oor gooit hij de inhoud van zijn mandje op de lopende band. De cassière begroet hem vriendelijk en vraagt naar een Bonuskaart, maar hij negeert haar. Nadat hij heeft afgerekend, loopt hij weg zonder te groeten. Dan draait hij om. “Kan ik mijn statiegeldbonnetje nog inleveren?”
Weet je wat zo fijn is aan de herfst? De voorspelbaarheid ervan. Dat je nog voordat je het gordijn opendoet weet dat erachter een grijze waas je toelacht. Of nou ja, toegromt. En dat je voordat je de deur uitgaat weet dat je deze dag minstens twee keer natregent tot in je onderbroek. Want dat was gisteren ook, en dat zal morgen ook zo zijn. Je kunt zeggen wat je wil, maar de herfst is wel heerlijk overzichtelijk.