“Nee, dan moeten we Joost en Anna uitnodigen voor een conference call.” Met zijn telefoon nog aan zijn oor gooit hij de inhoud van zijn mandje op de lopende band. De cassière begroet hem vriendelijk en vraagt naar een Bonuskaart, maar hij negeert haar. Nadat hij heeft afgerekend, loopt hij weg zonder te groeten. Dan draait hij om. “Kan ik mijn statiegeldbonnetje nog inleveren?”
“White heroin sold as cocain.” Op de Dam, het Rembrandtplein, de bloemenmarkt. Overal staan dezelfde neon letterborden. Het is vast bedoeld om af te schrikken, maar het lijkt eerder op een aanmoediging. Welkom in Amsterdam, hier is een bezoek aan het Rijksmuseum hetzelfde als heroïne in je neus: a once in a lifetime experience.