Ze kijkt er naar zoals alleen kleine kinderen dat kunnen. En dan bedoel ik van die hele kleine kinderen die voor het eerst iets zien, zoals een vork of bloem, om er vervolgens met grote ogen en open mond uren naar te wijzen. “Sorry meneer, maar wat is dit?” “Dat, lieve mevrouw achter de kassa, dat is een granaatappel.” “Ooooh ja. Is dat groente of fruit?”
Soms zijn er van die dagen dat je de hele wereld aankunt. De energie vliegt vanuit je kleinste teen naar het puntje van je duim en via je oren weer naar buiten. Alsof je continu een rode peper in je reet hebt, ook al is die voor niemand zichtbaar. Gisteren was vooral niet zo’n dag. Wat voelde ik me beroerd. Een hele dag op bed gelegen. Zelfs die rode peper hielp niet.