Onder haar arm hangt een groene afwasteil, terwijl ze doortastend één voor één alle laatjes opentrekt. Ik denk met weemoed aan de oud-ijzerman die vroeger door onze straat fietste om alles wat grijs was bij elkaar te scharrelen. Zelfs al was het niet kapot, laat staan oud. “Wat ga je doen?” “Mijn band plakken. En dan ga ik een rondje fietsen om te zien hoe het met de lente is.”
Een oudere vrouw kijkt vredig uit het raam terwijl de straten voorbij flitsen. Plotseling begint ze zenuwachtig te bewegen. Met nog drie bushaltes te gaan snoert ze haar handtas om haar arm. Nog twee; ze drukt haar ov-chipkaart klemvast in haar hand. Nog één, ze zet haar muts op. Als de bus stopt, stapt ze vastberaden uit. Lekker overzichtelijk, dat ouder worden.