Toen ik hem inhaalde viel hij me nauwelijks op. Een hardloper zoals zovelen. Met fluorescerende schoenen en een microfiber-trainingsjack. Maar als ik hem later nog eens tegenkom zie ik dat hij op zijn sportbroek een keurig blauw-wit geruit overhemd draagt. Zo’n hemd dat je aandoet naar de kerk, of naar je schoonmoeder. Zo nu en dan een sportman, elke dag een gentleman.
Weet je wat zo fijn is aan de herfst? De voorspelbaarheid ervan. Dat je nog voordat je het gordijn opendoet weet dat erachter een grijze waas je toelacht. Of nou ja, toegromt. En dat je voordat je de deur uitgaat weet dat je deze dag minstens twee keer natregent tot in je onderbroek. Want dat was gisteren ook, en dat zal morgen ook zo zijn. Je kunt zeggen wat je wil, maar de herfst is wel heerlijk overzichtelijk.