Toen ik hem inhaalde viel hij me nauwelijks op. Een hardloper zoals zovelen. Met fluorescerende schoenen en een microfiber-trainingsjack. Maar als ik hem later nog eens tegenkom zie ik dat hij op zijn sportbroek een keurig blauw-wit geruit overhemd draagt. Zo’n hemd dat je aandoet naar de kerk, of naar je schoonmoeder. Zo nu en dan een sportman, elke dag een gentleman.
Ik heb een nieuwe achterbuurvrouw. Of eigenlijk achterbuurmeisje, want ze is denk ik eerstejaarsstudent. Ze heeft gisteren haar halve kamer volgezet met IKEA en vandaag komen papa en mama voor het eerst op bezoek. Terwijl haar moeder zich enthousiast in de rondte draait, kijkt vader het van een afstandje aan. Voorzichtig trekt hij een deur open, misschien is er nog een tweede kamer.