Toen ik hem inhaalde viel hij me nauwelijks op. Een hardloper zoals zovelen. Met fluorescerende schoenen en een microfiber-trainingsjack. Maar als ik hem later nog eens tegenkom zie ik dat hij op zijn sportbroek een keurig blauw-wit geruit overhemd draagt. Zo’n hemd dat je aandoet naar de kerk, of naar je schoonmoeder. Zo nu en dan een sportman, elke dag een gentleman.
De man en vrouw naast me zijn samen uit eten. Ze zitten lekker te kletsen, te eten en te drinken. Zij heeft een speciaalbiertje, La Chouffe, hij gewoon een tapje. “Wil je er nog een?” ,vraagt een meisje uit de bediening. Hij kijkt haar aan, daarna zijn vrouw en als zij instemmend knikt draait hij zijn hoofd quasi nonchalant terug en zegt: “Ja, doe maar”.