“Hoe heet je?”, vraagt een jongen met een Foodora rugzak aan het meisje naast hem, beide wachtend op de volgende bestelling. “Ik heet...”, maar nog voordat ze hem kan antwoorden wordt er een bestelling in haar handen gedrukt. Hij kijkt haar na totdat de groene maaltijdbox volledig uit het zicht is verdwenen. Ik zie de contactadvertentie al voor me: Shoarma-jongen zkt pizza-meisje.
De stad is officieel ontwaakt uit haar winterslaap. Of beter gezegd herfstslaap. De geluiden die voor lange tijd waren verborgen komen door de open deuren en ramen naar buiten: malende koffiemolens, au claire de la lune’s op piano’s en rommelende laatjes van mannen die driftig op zoek zijn naar hun zonnebril. Het enige waar mensen zich nu nog druk om maken, is of ze met zonder jas naar buiten kunnen.