Dat moment dat je op nieuwjaarsdag om half vijf ‘s middags wakker wordt, de gordijnen open doet en weer dicht omdat het buiten al donker wordt, je je kleren als vakkundige molshoopjes door het hele huis terugvindt en je je starend naar de bodem afvraagt waarom er maar anderhalve liter in een anderhalveliterfles ice tea zit. Dan weet je het weer: alle begin is moeilijk.
Op zolder klinkt de hele ochtend al gestommel. Vuilniszakken knisperen bij het vullen, en dozen worden van de trap gegooid. Ik hoor kreten van geluk bij een nieuwe vondst. Prinses Bea of Koning Pils, het zal mijn huisgenoot een rotzorg zijn wie er jarig is. Hij heeft eindelijk een reden om een winkel met kapotte spiegels, lelijke schemerlampen en gourmetstellen zonder doos te beginnen.