Voor de poort van mijn huis staat een donkerblauwe Seat waarin een paar Marrokaantjes naar foute rapmuziek zitten te luisteren. 'Nee, die Mexicaanse, die is fucking lekker zeg ik je.' Er is in de wijde omtrek geen enkel meisje te bekennen, laat staan iets exotisch, dus ze hebben het vast over de hete chickies bij hun op school. 'Je weet wel, met zo'n citroentje. Corona ofzo.'
“Ik heb nog nooit een boek gelezen.” “Ik ook niet. Oh jawel, één keer op de middelbare school voor een boekverslag. Iets met een aanslag.” Terwijl een vrouw met een schaar losgaat op mijn haar luister ik naar twee andere kapsters op de bank. De een heeft paarse verf in haar haar en de ander is ingepakt met aluminiumfolie. Ik hoop dat ze me echt heel langzaam knipt.