'Als ik wist dat het de laatste keer was, dan zou ik het eeuwig laten duren.' Ik weet niet meer waar en wanneer ik deze zin heb gehoord, maar ik moet er nu ineens aan denken. De laatste keer seks, pizza, Terschelling, afzonderlijk of alledrie tegelijk, het klinkt als een droom vol verlangen die inderdaad eeuwig mag duren. Jammer, dat het niet ook andersom werkt. Met het schoonmaken van dit doucheputje bijvoorbeeld.
Ik zit buiten op een houten bankje als naast mijn oor een zeepbel uit elkaar spat. Wanneer ik omhoog kijk zie ik honderden bellenblaasbellen, alsof er net ergens een vrachtwagen met liters zeepsop is omgevallen. Boven op het dak van een rijtjeshuis verschijnt een jongetje met bruine krullen. Hij zwaait naar me. Nu weet ik het zeker: het is eindelijk zomer.