Vanuit het raam kijk ik uit op het balkon van de overbuurvrouw. Het liefst loopt ze de hele dag in een panterprint terwijl ze buiten sigaretjes rookt. Ze komt net thuis met haar man: type ruwe bolster, blanke pit. Nog voordat ze de deur opendoet tilt hij haar jurk omhoog. Wat overblijft is een dun stukje stof van een luipaard string, en een rode handafdruk op haar rechterbil.
Dit is echt zo’n dag dat ik binnenblijf, een flesje wijn opentrek en met een stokbroodje brie uit het raam kijk. Je hoeft echt niets te missen van al die festivals, als je maar goed oplet. Natte kartonnetjes met bekers bier, kluisjes, tentpalen, Heras hekwerken, foodtrucks. Het is gewoon wachten op het volgende windvlaagje, dan komt het festival vanzelf naar je toe deze zomer.